Eén jaar na de dood van Fidel Castro

Eén jaar na de dood van Fidel Castro is er sprake van vertraging van de toch al beperkte pogingen van zijn broer Raúl tot economische hervormingen. Dat werd duidelijk toen de uitgave van vergunningen voor particuliere ondernemers werd opgeschort en de kritiek vanuit de Cubaanse staat op coöperaties, aanzwol. Dat laatste leidde tot de sluiting van een aantal van hen. Pedro Campos, publicist en voormalig Cubaans diplomaat en pleitbezorger van een democratisch socialisme in dit land, maakt de balans op.

dood-fidel-weg-por-siempre

4 december 2016: de urn met de as van Fidel Castro onderweg naar de begraafplaats in Santiago de Cuba.

De relaties met de VS verslechterden direct na het bezoek van Obama aan Cuba toen Fidel Castro zijn reflectie Broeder Obama publiceerde. De relaties tussen beide landen verslechterden hoewel de ambassades van de VS en Cuba weliswaar afgeslankt, bleven functioneren. Ten gevolge van de zogeheten ‘akoestische aanvallen’ op Amerikaans ambassadepersoneel leek het alsof de relaties nog slechter waren dan toen beide landen enkel een ‘belangenkantoor’ of Office of Interest in beide landen hadden. De VS wijzen de Cubaanse regering niet aan als de directe schuldige aan de akoestische effecten, maar houden haar verantwoordelijk voor het feit dat zij de veiligheid van de Amerikaanse vertegenwoordigers niet kan garanderen.

Excuus
De regering van generaal Raúl Castro zegt dat er geen sprake is van dergelijke geluidsaanvallen en dat alles een excuus is om de voortgang van de verbetering van de relaties, te stoppen. In werkelijkheid zijn het Fidel en zijn broer die de verbetering van relaties tussen beide landen hebben gefrustreerd omdat zij altijd tegen een breed scala van relaties met de Verenigde Staten waren. Zij hoopten slechts op een opening richting het toerisme uit de VS en investeringen die interessant zouden zijn voor het pakket aan plannen van de Cubaanse regering. Het people-to-people-toerisme, de steun voor jonge ondernemers en de sympathie die president Obama verwierf onder de Cubaanse bevolking, overtuigden hen dat zij te ver waren gegaan in de toenadering tot het Imperium. De dollars uit de VS zijn welkom, maar hun warmte niet. Die warmte verbrandt ons, dacht de Cubaanse regering. En de wind blies aan tot een storm. Als men meer gebruik had gemaakt van een effectievere toenadering, zou het thema van de akoestische aanvallen op een andere manier zijn opgelost.

Functionarissen als ondernemers
De enorme inspanning die de regering zich getroost om de figuur en de totalitaire ideeën van de overleden Fidel Castro levendig te houden, doet het systeem nog verder afbrokkelen. De Cubaanse Communistische Partij (PCC) en de zogeheten Poder Popular / Volksmacht verliezen hun geloofwaardigheid en hun prestige. De ‘dictatuur van het proletariaat’ wordt vandaag uitgeoefend door de Staatsveiligheid op het politiek terrein en de Cubaanse strijdkrachten op het economisch terrein. Vaak gebeurt dit openlijk of via hun officieren en agenten die ‘ambtenaren of zakenlieden’ zijn geworden.

Anti-imperialisme
De economie verslechtert nog steeds, alle generaties zijn moe en de meeste jongeren willen niets weten van castrisme, simpelweg omdat het niets te bieden heeft voor de toekomst. In de gelederen van de regerende partij zelf neemt het aantal meningsverschillen toe. De grote bureaucratie raakt steeds meer geïsoleerd en de ‘confrontatie met het imperialisme en de strijd tegen de blokkade’ zijn de laatste kaart die men speelt maar die is sleets. Obama’s bezoek veroorzaakte een dodelijke klap die niet kon worden afgeweerd. Het verhaal van de socialistische en anti-imperialistische revolutie vindt steeds minder gelovigen. De arbeiders weten dat zij ondanks de retoriek geen enkele economische en politieke macht uitoefenen. En terwijl de regering de opheffing van de blokkade eist als ‘vijand van het Amerikaanse imperialisme’, zoekt men tegelijkertijd financiële verlichting via ‘de speen van de Noorderbuur.’

Interne blokkade
Het idee groeit dat de oorzaak van de ramp de interne blokkade is, waarvan de opheffing geleidelijk aan een eis wordt die verder gaat dan oppositie en de dissidentie. De meedogenloze uitbuiting van arbeiders wordt blootgelegd, met name van de artsen werkzaam in internationalistische missies en van arbeiders die werkzaam zijn in deviezensectoren. Gezondheid en onderwijs, die nog steeds schijnheilig als gratis worden gekwalificeerd, zijn in kwaliteit achteruitgegaan.

repressie-aanhouding-politiewagenOnderdrukking
Het duidelijkste bewijs van de zwakte van het systeem, blijkt uit de onderdrukking van de oppositie en dissidenten, met name van onafhankelijke journalisten die gevangen worden gezet, van wie de apparatuur en materialen in beslag worden genomen en die beschuldigd worden van het verspreiden van leugens. Zij krijgen hoge boetes opgelegd, hun familieleden worden lastiggevallen en in de gemeenschappen waar zij wonen worden tegenstellingen geprovoceerd. Uiteindelijk wordt het hen verboden buitenlandse reizen te maken. De onafhankelijke journalistiek het zwijgen opleggen is het belangrijkste doel van de Staatsveiligheid geworden, waarbij hun methodes wedijveren me die van de KGB, Stasi en Gestapo.

Verweesd castrisme
Fidel’s dood liet het castrisme verweesd achter. Met zijn dood begon het uiteenvallen van het kapitalistisch staatsmonopolie en het antidemocratische politiek systeem, dat zij het Cubaanse volk wilden opleggen in naam van een socialisme dat nooit heeft bestaan.

Bron
* Website 14ymedio, Pedro Campos, 21 november 2017

Link
* Persbureau AFP: Cuba honours Fidel on death anniversary, 23 november 2017

Het tweede Revolutionaire Offensief

Fidel Castro rekende in 1960 met de particuliere onderneming af toen hij alle grote bedrijven nationaliseerde. Daar kwam in 1968 de onteigening van alle kleine bedrijven, cafés, nachtclubs en winkels bij tijdens het zogeheten Revolutionair Offensief. Volgens de partijkrant Granma zelf werden 55.636 bedrijven door de staat genaast, bestaande uit 11.878 kruidenierszaken, 3.130 slagerijen, 3.643 kapperszaken, 3.198 bars, 8.101 winkels met voedingswaren, 6.653 wasserijen, 1.188 schoenherstellers, 4.544 automonteurs, 1.598 makers van artesania en 3.345 timmerlieden.

ofensiva-revolucionario-fidel-cabarets-tegen

Het offensief van 1968 was o.a. gericht tegen cabarets en nachtclubs. Voor alles wilde Fidel Más Revolución / Meer Revolutie

Fidel Castro stond in de loop van de jaren negentig weer enige economische ruimte toe voor particuliere ondernemingen en coöperatieve vormen van bezit vanwege het falen van het socialistisch systeem sinds Stalin en de ineenstorting van de Sovjet-Unie. Die politiek werd met de komst van zijn broer Raúl enigszins uitgebreid. Ondanks de hoge belastingen, veel obstakels en regelingen, boetes en het ontbreken van een groothandel, groeide het particulier bedrijfsleven in Cuba en schiep men duizenden betaalde banen in kleine kapitalistische ondernemingen. Volgens diverse bronnen, die in Cuba meestal weinig transparant zijn, is ongeveer 10% van de werkende bevolking in dergelijke bedrijven actief.

cuentapropista-kapper4Concurrentie staat
Het belangrijkste is dat deze bedrijven in twee opzichten concurrentie betekenen voor de staatsbedrijven: de kwaliteit van de dienstverlening en de geboden salarissen. Daarom geven veel klanten de voorkeur aan deze dienstverlening en hebben duizenden gekwalificeerde werknemers de staatsector ingeruild voor de kleine onderneming waardoor de levensstandaard aanzienlijk is gestegen tot ergernis van de bureaucraten. Voor deze haviken betekent de opening van de economie dat er een welvarende middenklasse ontstaat, die onafhankelijk van de bureaucratie opereert en zijn eigen politieke belangen behartigt. Deze orthodoxen beweren dat Obama dit bedoelde toen hij een oproep deed zelfstandig ondernemerschap te versterken en ook Trump herhaalde dit. Genoeg reden om hen ‘strategische monsters’ te noemen en ‘de Paarden van Troje’ in de strijd van het imperialisme tegen het socialisme.

ofensiva-revolucionario-pamflet-tegen

Het eerste revolutionaire offensief van 1968 bond ook de strijd aan tegen de ondeugden in de samenleving, zoals het egoisme, parasitisme, de slapheid en de ondeugden.

Aarzelingen staatskapitalisme
Deze nieuwe fase van het ‘contrarevolutionaire offensief’ zoals onlangs in de partijkrant Granma aangekondigd met de definitieve en tijdelijke intrekking van vergunningen voor particuliere beroepen, begon al na het fameuze welkom van Fidel aan de vorige Amerikaanse president in de vorm van een brief aan Broeder Obama. ( Zie deze Cubaweblog van 29 maart 2016: Fidel wil geen cadeautjes van Imperium). Dergelijke opvattingen zijn logisch. Beide revolutionaire offensieven zijn gebaseerd op het feit dat het monopoliekapitalisme van de staat, dat achter het staatssocialisme schuilgaat, grote bedenkingen heeft over ontwikkeling van particuliere, zelfstandige bedrijven. Het is namelijk zelf niet in staat is buiten het monopolie de economische concurrentie te overleven. Het leidt onvermijdelijk tot zelfvernietiging omdat het de basis van dit systeem, namelijk de gesalarieerde arbeiders in overheidsdienst, verorbert. Daarom zal dit particulier ondernemerschap nooit toestemming krijgen zich uit te breiden, worden coöperaties geremd in hun functioneren en worden buitenlandse investeringen afgeremd door een eindeloze lijst van wetten en regels en worden deze investeringen slechts getolereerd binnen het raamwerk van de businessportfolio die de Staat bepaalt en kunnen daarbuiten geen vrije deals worden gesloten.

cubaansepresidentdorticotekentnationalisatievsbanken-1960t (2)

In 1960 tekenden de Cubaanse president Dorticos en Fidel Castro het decreet ter nationalisatie van de buitenlandse banken in Cuba.

Falen
Niemand verbaast zich over de onbepaalde opschorting van vergunningen voor kleine ondernemingen en de aankondiging van openlijke en geheime aankondiging van inspecties. Het zijn de voorboden van nieuw economisch geweld. Economen die het staatssocialisme aanhangen zullen nooit begrijpen dat gesalarieerde arbeid voor de staat per definitie inefficiënt is. Maar in het zicht van de crisis van het systeem, dacht men arbeiders voor eigen rekening en leden van coöperaties en kleine kapitalisten de mogelijkheid te geven in vrijheid te werken, maar onder controle van de Staat en ingesloten in het web van de markt van het staatsmonopolie. Zij begrepen niet dat vrije, particuliere of coöperatie arbeid en privékapitaal niet alleen een vrije markt nodig hebben maar dat ze deze zelf zullen vormgeven want dat is de modus vivendi van deze nieuwe groep ondernemers. Daarom namen zij afstand van al bestaande kanalen en netwerken en vonden alternatieve bevoorradingskanalen en zelfs een markt binnen en buiten het land, met een stabiele aanvoer en uitwisseling die  de staat zelf nooit had kunnen ontwikkelen. Dit tweede Revolutionair Offensief in Cuba is een bewijs temeer van het falen van het stalinistisch socialisme en een mislukt systeem gebaseerd op arbeiders die voor de staat werken.

Economisch geweld
En net zoals men op politiek niveau met repressie optreedt tegen opposanten en de socialistische dissidenten, is men op economisch terrein enkel in staat op basis van zware druk en vervolging op te treden tegen productievormen die niet tot de staat behoren. Het is niet toevallig dat politieke en economische repressie beiden vandaag de dag openlijk zichtbaar worden. Het is een teken van de definitieve crisis van dit systeem. Elementen in de regering die overtuigd zijn van de noodzaak tot veranderingen, de socialistische dissidentie en de oppositie zouden door deze toestand de ruimte moeten kunnen vinden voor dialoog en een zoektocht naar een oplossing waarover zowel in politieke en democratische zin, wordt onderhandeld. Zo voorkomen we het grotere kwaad zoals bijvoorbeeld Venezuela dat nu beleeft. Maar daarvoor moeten de oude regering en de partij terugtreden.

Bron
* Pedro Campos, Havana Times, 12 augustus 2017
Cuba: the ’68 Revolutionary Offensive Reedited. Private businesses are successfully competing with state-run companies in two aspects: quality of their services and the wages they offer. Pedro Campos, publicist en voormalig Cubaans diplomaat, is een pleitbezorger van een democratisch socialisme in Cuba.

Linken
Op deze Cubaweblog (6 oktober 2016): Castrisme vreest ‘de rijkdom’  van kleine zelfstandigen.
* Havana Times, 10 juli 2012: Recalling the Revolutionary Offensive of 1968 door Haroldo Dila Alfonso

Pedro Campos: ‘Wij willen allemaal meer’

logo-obama-reis-cubaDe New York Times meldt vandaag dat Obama nieuwe maatregelen zal nemen om individuele reizen en bankzaken naar Cuba te vergemakkelijken. Twintig leden van het Congres vergezellen de Amerikaanse president op zijn reis naar Cuba. Ter voorbereiding van dit bezoek op 21 en 22 maart aanstaande, treft u de komende dagen artikelen aan waarin dit historische bezoek vanuit diverse gezichtspunten wordt belicht. Vandaag formuleert Pedro Campos, publicist en voormalig Cubaans diplomaat en pleitbezorger van een democratisch socialisme in dit land, zijn belangrijkste verwachtingen van een succesvolle reis van Obama. Her volgt zijn tekst.
======================================================================
Het aanstaande bezoek van de Amerikaanse president aan Cuba dat 21 maart begint, heeft in de internationale pers geleid tot veel speculaties. Zal hij wel of niet met dissidenten spreken, met de civil society en met Fidel Castro? Zal hij oproepen tot verkiezingen, zal hij het Stadion Latijns-Amerika bezoeken en ingepakt worden door het traditionele kinderkoor met de rode sjaaltjes en bekende liedjes?…. En wie weet zijn er nog meer plannen, allemaal bedoeld om het belang van deze reis ter discussie te stellen.

Protocol en veiligheid

U.S. President Barack Obama and Cuban President Raul Castro meet at the United Nations  General Assembly in New York

Obama en Castro ontmoetten elkaar op 29 september 2015 tijdens de Algemene Vergadering van de VN

Wat Obama wel of niet in Cuba gaat doen,  wordt goed afgesproken en gepland tussen de beide regeringen. De presidentiële geheime dienst en de persoonsbewaking zullen tot in detail het verloop van de reis coördineren zodat alles goed verloopt zonder ongelukkige voorvallen. De agenten, al dan niet in burger, van de staatsveiligheidsdienst zullen alle plaatsen aflopen en bestuderen die de leider van de VS zal bezoeken en die voor en na zijn passeren, scherp in de gaten houden. En zij weten heel goed dat de veiligheid van de president tijdens zijn reis door Cuba groter is dan in het Witte Huis. Tot het noodzakelijke protocol behoren de ontvangst in het presidentiële paleis, de gesprekken achter gesloten deuren tussen beide presidenten en hun gevolg, en het gesprek onder vier ogen van de twee staatshoofden en natuurlijk het fotomoment van deze gelegenheid. Al het andere behoort tot de mogelijkheden en speculaties.

Geen voorwaarden
Uit eerdere verklaringen van Obama blijkt dat hij tijdens zijn bezoek zonder enig voorbehoud de vrijheid wil hebben om activiteiten en bewegingen te kunnen ontmoeten naar zijn keuze. Dat is een aanwijzing dat hij zal doen wat hem passend lijkt binnen de doelstelling van dit bezoek en de betekenis ervan voor zijn mandaat en voor Cuba. Daarom gebeuren er voorafgaand aan dit bezoek dingen in Cuba die een prelude lijken te zijn om wat er kan gebeuren:

1) De onderhandelingen tussen de katholieke kerk en de Cubaanse regering over de vrijlating van én het vertrek uit Cuba van enkele politieke gevangenen hebben er toe geleid dat zeven van de elf ex-politieke gevangenen uit de Groep van 75, die weigerden in 2011 het land te verlaten, nu reizen mogen maken naar het buitenland wanneer zij dat willen. Zij zijn vrij dit te doen op het moment dat hen dit goed dunkt.** Dit wijst erop dat het thema van de mensenrechten en de vrijlating van politieke gevangenen daadwerkelijk op de agenda van president Obama staan en dat een van zijn activiteiten te maken zal hebben met de oppositie. Dit in tegenstelling tot speculaties dat dit buitenlands staatshoofd zich zal onthouden van dergelijke thema’s om de tegenpartij niet te beledigen.

raul-castro-selfies-santiago20022016

President Raúl Castro op 20 februari in Santiago de Cuba

2) De recente wandeling van Raúl Castro door de straten van Santiago de Cuba stond in scherp contrast met het traditionele protocol en de persoonlijke veiligheid, inclusief het ‘bad onder de bevolking’ met foto’s van hem die de bewoners konden nemen, bezoeken aan allerlei plaatsen en meer nieuwigheden. In de internationale pers wordt geschreven dat Obama populairder in Cuba is dan Raúl Castro. Was dat een poging om het verschil te verkleinen en zich voor te bereiden op een vergelijkbare activiteit van de bezoekende president? Het is waarschijnlijk dat een van de activiteiten van Obama in Cuba zal bestaan uit een ontmoeting met de bevolking in Cuba. Als deze twee verwachtingen worden vervuld, heeft de reis van Obama al iets positiefs bereikt, niet alleen voor de regeringsleider van ons buurland maar ook voor zijn gastheer, de regering en bovenal de Cubaanse bevolking.

De winstpunten
Dat een deel van de gevangenen van de Groep van 75, dat besloot Cuba niet voorgoed te verlaten bij hun vrijlating, nu reizen mag maken, dat Obama zich direct tegenover de Cubaanse regering uitspreekt over de situatie van de burger- en politieke rechten van het Cubaanse volk en een ontmoeting heeft met leden van de oppositie, dat de regeringsleider zich vrij (natuurlijk onder controle van de veiligheidsdienst) door de straten kan bewegen en zich kan onderhouden met de gewone man, dat zouden enkele winstpunten zijn van het bezoek, naast de akkoorden die op het niveau van beide regeringen worden getekend.

Wij willen meer

todos-queremos-mas-Contrastes Pulso y Pua Parla

Todos Queremos Mas in een uitvoering van Contrastes Pulso y Pua Parla

Ah, maar wij willen meer……ja, allemaal willen we meer, maar de reis moet de eetlust aanwakkeren. ‘Todos queremos más, todos queremos más, todos queremos más y más y más y mucho más…’(We willen allemaal meer, allemaal willen we meer en meer en veel meer) is het refrein van een oud en aanstekelijk lied dat in bijna heel Latijns-Amerika populair is en dat in Cuba misschien weer snel in de mode zal komen.

Bron
* Pedro Campos publiceerde op 26 februari 2016 deze tekst op de website 14medio en Havana Times

* Link
YouTube met het liedje ‘Todos queremos más, todos queremos más, todos queremos más y más y más y mucho más…’

** Link
De Spaanse krant El Pais melde op 22 maart 2011 de vrijlating van de laatste gevangen zittende dissidenten, behorend tot de Groep van 75. Zij waren in maart 2003 ( De Zwarte Lente) door het Castroregime na landelijke acties van leden van de geheime diensten, gevangen genomen en tot hoge gevangenisstraffen veroordeeld. Een groot deel van hen koos voor ballingschap in Spanje en de VS. Elf van hen weigerden hun geboorteland te verlaten en werden ‘gestraft’ met een reisverbod.

Pleidooi voor realisme relatie Cuba en de VS

De regering van president Barack Obama nam twee weken geleden nieuwe maatregelen om de last van het embargo / de blokkade te verlichten op weg naar de normalisatie van de relaties tussen zijn land en Cuba. Dat is de enige weg die hem rest om het embargo stap-voor-stap te doen verdwijnen. Wanneer de Democratische kandidaat bij de komende presidentsverkiezingen wint, kan een voortzetting van dit beleid worden verwacht. Dat zal anders zijn als een van de huidige Republikeinse kandidaten wint, tenminste als we hun uitspraken moeten geloven en die van enkele veel geprezen internationale analisten. Dit wordt echter betwijfeld door Pedro Campos, publicist en voormalig diplomaat van Cuba en een pleitbezorger van een democratisch socialisme in dit land. Want oppositie voeren is iets anders dan deel uitmaken van de regering, of zoals een Cubaans spreekwoord zegt una cosa es con guitarra y otra con violín.

bandera-vs-cuba-microfoonJosefina Vidal, degene die namens het Cubaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken de onderhandelingen voerde met de VS, heeft gezegd niet te geloven dat een nieuwe Amerikaanse president de relaties met Cuba zal verbreken. De uitspraak is een bewijs van de Cubaanse bereidheid om de huidige koers voort te zetten, met welke nieuwe regering in de VS dan ook. De diplomatieke relaties tussen beide landen zijn hersteld en nu gaat het erom de samenwerking op een aantal terreinen te vergroten. Die werd in enkele gevallen gehinderd door de embargopolitiek die de Republikeinen steunden en de Cubaanse-Amerikanen in het Congres. Maar men moet de Cubaanse uitdrukking niet vergeten, una cosa es con guitarra y otra con violín (een ding is gitaar spelen, een ander ding de viool),  dat wil zeggen dat het niet hetzelfde is oppositie te voeren of deel uit te maken van de regering. Men kan niet verhullen dat achter de Republikeinse weerstand in het Congres om het embargo / de blokkade op te heffen vooral de wens verborgen ligt te voorkomen dat Obama en de Democraten de geschiedenis zullen ingaan als de partij die het communisme in Cuba de genadeslag gaf waardoor een einde werd gemaakt aan onrecht en voor hen opnieuw een plaats in het Witte Huis vrijkwam.

nixon-zhou-en-lai-februari-1972

China’s president Zhou-en-Lai en president Nixon in februari 1972

Republikeinen
Het was de Republikein Richard Nixon die de ontspanningspolitiek begon met China. De toenadering tot de Sovjet-Unie, door velen beschouwd als het begin van het einde van het communisme in Europa, was het werk van een andere Republikein, namelijk Ronald Reagan. Nixon bezocht Peking, Reagan Moskou. Misschien wil men het bezoek aan Havana reserveren voor een Republikein en spant men zich in om het de huidige president moeilijk te maken. Eerdere Republikeinse regeringen hebben al plannen gehad om toenadering tot Cuba te zoeken. Het was de regering van George W. Bush die als eerste enkele beperkingen van het embargo / de blokkade, verbonden aan de verkoop van voedsel, introk. Het establishment in de VS in het algemeen, is zich in de afgelopen tijd bewust geworden dat het embargo / blokkadebeleid om verschillende redenen veranderen moest en Republikeinse bestuurders, senatoren en volksvertegenwoordigers uit staten met de potentie om te investeren in Cuba, hebben een rol gespeeld achter alle initiatieven die gericht waren op opheffing van enkele verboden uit het embargo.

Dwarsliggen
De pogingen van Cubaans-Amerikaanse leden van het Congres om de Ley de Ajuste Cubano* aan te passen heeft geleid tot grotere ongecontroleerde emigratie uit Cuba en tot openlijke confrontaties met delen van de oppositie in Cuba. Men weet dat mogelijke represailles van de zijde van de Cubaanse autoriteiten, de voortgang van de verbetering van de relaties tussen beide regeringen compliceren en een mogelijk bezoek van Obama aan Cuba in gevaar kan brengen. De Republikeinen weten als geen ander dat er een sterke relatie bestaat tussen de Ley de Ajuste Cubano en de opheffing van het embargo / de blokkade.

val van de muur, val vs-embargo

De val van de Muur in Berlijn 1989 en de mogelijke val van het embargo en het reisverbod naar Cuba

Imago VS in Latijns-Amerika
Anderzijds is het imago van de VS als imperialistische macht die haar wil oplegt aan de rest van Latijns-Amerika, afgezwakt door de toenadering met Cuba en het is voor niemand een geheim dat dit ook een van de doelstellingen van de nieuwe politiek is. De terugtocht van de anti-imperialistische populistische krachten in Latijns-Amerika (Venezuela, redactie) is niet het gevolg van de verandering van het imago van de VS, maar hangt er wel mee samen. Het zal het deze populistische machthebbers minder makkelijk maken het falen van het binnenlands beleid te wijten aan de imperialistische bemoeienis. De Cubaans-Amerikaanse toenadering maakt ook dat de verdedigers van de VS in het continent minder negatief zullen worden benaderd. Degene die Obama opvolgt, ongeacht zijn politieke kleur, zou van dit nieuwe imago kunnen profiteren om het beleid van de Amerikaanse politiek effectiever te maken en dat kan leiden tot versterking van de VS- belangen in dit westelijk halfrond.

Verdergaande samenwerking
Diplomatieke relaties zijn één ding, goede politieke banden en samenwerking zijn andere zaken. De regeringen die na Obama komen, kunnen profiteren van de mogelijkheden die door de toenadering ontstonden en verder gaan met samenwerking op het gebied van veiligheid, drugshandel, mensenhandel en milieubescherming. Zij die doorgaan de relaties tussen beide landen af te meten aan democratische veranderingen in Cuba zullen wellicht het tegenovergestelde ontdekken. Daarmee ontken ik niet dat de fundamentele belemmeringen voor een sociale en economische ontwikkeling van Cuba gelegen zijn in het bestaande gecentraliseerde model van de politiek en economie, opgelegd door een niet-bestaand socialisme en niet door de imperialistische politiek zoals de Cubaanse regering beweert en zo het eigen falen rechtvaardigt.

Nieuwe markten
Het openen van nieuwe markten voor kapitaal en handelswaar is een doelstelling van elke Amerikaanse regering en de omstandigheden scheppen waarin dat met Cuba mogelijk wordt, bepalen op dit moment de relaties tussen beide landen. Elke nieuwe regering zal die weg openhouden. Er zijn analisten die een onzekere toekomst voorspellen voor de relaties tussen beide landen, maar wie dit fenomeen grondig analyseert kan concluderen dat het beter is de ontwikkeling van de gebeurtenissen af te wachten opdat een zuiverder beoordeling mogelijk wordt.

Bron
* Pedro Campos, internetkrant 14ymedio, 3 februari 2016

Noot
** De Ley de Ajuste of Cuban Adjustment Act uit 1966 kan enkel door het Congres worden gewijzigd. Sinds 50 jaar hebben de Cubanen een privilege dat bijvoorbeeld bewoners uit Haïti of de Dominicaanse Republiek ontberen. De Cuban Adjustment Act geeft Cubanen het recht om binnen 1 jaar na aankomst legale residentie in de VS te verkrijgen en vervolgens burgerschap. Cubanen die op zee worden aangehouden, worden gewoonlijk door de VS teruggestuurd. Enkele Congresleden, ook van Republikeinse huize, hebben dit jaar gepleit voor herziening van deze wet. Onder hen was de Republikeinse presidentskandidaat Marco Rubio uit Florida die constateerde in januari jl. dat de huidige wet Cubanen ‘binnen één jaar en één dag politiek asiel verleent ’ en dat deze Cubanen vervolgens ‘tien tot 15 keer per jaar hun familie in Cuba bezoeken.’

Migratiecrisis: De schuldige heeft de oplossing in handen

De Cubaanse staatsmedia wijzen eensgezind naar de VS en de wet Ley de Ajuste als hoofdoorzaken voor de huidige uittocht van Cubanen via Midden-Amerika naar de VS. De nationale televisie noemt deze wet, die het Cubanen gemakkelijk maakt om in de VS asiel te krijgen,  la Ley asesina / De Moordwet. Maar er zijn ook andere geluiden. Pedro Campos, een onafhankelijk marxist, constateert dat men niet moet verzwijgen dat er achter de uittocht een veel groter probleem schuilgaat namelijk ‘de onvrede van honderdduizenden Cubanen met de economische en politieke situatie in het land, die onveranderd is door toedoen van een regering die al een halve eeuw aan de macht is, in naam van een socialisme dat nooit heeft bestaan’.

logo-joven-blogDe opmerkelijkste kritiek komt van Roberto Peralo van de website La Joven Cuba, een verzameling blogs trouw aan Castro en de revolutie, die concludeert dat deze Ley de Ajuste wetgeving wel moet verdwijnen, maar dat ‘dit niets zal veranderen aan het fenomeen dat Cubanen blijven vertrekken.’ Joven Cuba stelt dat ‘Cubanen die in een ander land willen wonen dit onafhankelijk doen van de vraag of de omstandigheden beter of slechter zijn.’ Peralo zegt zich te onthouden van een oordeel over de wet Ley de Ajuste want, concludeert hij, als deze wet verdwijnt zullen gevluchte Cubanen in de VS net zo rechteloos worden behandeld als andere illegalen en overgeleverd zijn aan ‘de meest wrede en harde omstandigheden van het kapitalisme.’

yoani-sanchez-inwerkkamerJournalist Yoani Sánchez wijst er in haar column op de website 14ymedio op dat president Raúl Castro de emigratiestroom kan stoppen want ‘de schuldige heeft de oplossing in handen.’. Haar volledige tekst volgt hierna.

migratie-los-cubanos-ingresaron-a-costa-rica-desde-el-sabado-14-de-noviembre-de-2015-por-la-frontera-con-panama

Cubanen na hun aankomst in Costa Rica

‘Wie er 15.000 dollar voor over heeft om een mensensmokkelaar te betalen ontvlucht de armoede niet’, waren de woorden van Oliver Zamora, een officiële spreekbuis van de Cubaanse tv, die afgelopen vrijdag de situatie van de meer dan 2.000 Cubanen die op de grens tussen Costa Rica en Nicaragua vastgelopen waren, becommentarieerde. Na dagenlang geen woord aan de situatie te hebben gewijd hebben de media van de partij nu het drama van deze landgenoten willen gebruiken als speerpunt tegen het Witte Huis. Een strategie die zo vaak wordt toegepast dat deze nauwelijks nog enig effect heeft. Nu willen ze ons ervan overtuigen dat de massale uittocht niet de verantwoordelijkheid is van het land dat achtergelaten werd, maar van het land dat bereikt wil worden. Het volstaat de duizenden Cubanen aan te halen die naar andere landen gingen waar geen wet van ‘droge voeten’ bestaat. Men dient zich er rekenschap van te geven dat de verantwoordelijkheid voor de exodus die we al een halve eeuw meemaken, de schuld is van een systeem dat er niet in is geslaagd zijn burgers materiële welvaart, persoonlijke verbetering noch vrijheid te bieden…. Laat staan een toekomst.

Pijnlijke antwoorden
Zamora doet het voorkomen dat hij niet weet dat de hoeveelheid geld die hij noemt, gelijkstaat aan het salaris van meer dan 60 jaar werk van een beroepsbeoefenaar die in Cuba 500 peso’s per maand verdient en voortkomt uit een wanhoopsdaad of het gevolg is van hulp van buitenaf. De meeste Cubanen die in toevluchtsoorden in Midden-Amerika zitten hebben hun hebben en houwen verkocht om zo’n gevaarlijke tocht te ondernemen, of zijn afhankelijk van geëmigreerde verwanten die de mensensmokkelaars betalen. Als ze over 15.000 dollar kunnen beschikken zou de vraag moeten zijn waarom ze die bij voorkeur willen besteden aan een gevaarlijke expeditie zonder de zekerheid aan de overzijde te geraken in plaats van iets in hun eigen land te beginnen of het geld daaraan te besteden. Het antwoord is pijnlijk en overduidelijk: omdat hier geen garanties bestaan, geen hoopvolle verwachting en omdat ze niet verwachten binnen hun levenstermijn beloften op verbetering waar te kunnen maken die net zo zijn als de horizon: iedere keer als we denken deze te kunnen aanraken, wijkt ze weer van ons af.

mariel-Embajada-Peru_CYMIMA20150403_0006_12

De uittocht van Mariel in 1980 Op 1 april 1980 ramde de chauffeur van een stadsbus het hek van de Peruaanse ambassade in Havana. De meeste inzittenden waren onwetend van de bedoeling van de chauffeur om asiel in Peru te willen vragen. De ambassade weigerde de chauffeur en de inzittenden tegen hun wens over te leveren aan de Cubaanse autoriteiten. Op 4 april besloot Fidel Castro de militairen bij de ambassade terug te trekken. De regering maakte bekend dat iedereen die het land wilde verlaten en over een visum voor een derde land beschikte, kon vertrekken. Binnen enkele uren trokken duizenden Cubanen naar het terrein van de Peruaanse ambassade. Binnen drie dagen bevonden zich 10.000 Cubanen op het terrein. Peru bood 850 van hen asiel. In de weken die volgden verlieten nog eens 100.000 Cubanen via de haven van Mariel hun land. Dat waren er veel meer dan tijdens de uittocht van Camariocas in 1965 toen meer dan 30.000 Cubanen het eiland verlieten. Op de foto een demonstratiebord van Cubanen op het Peruaanse ambassadeterrein met de tekst: ‘Wij willen geen water of voedsel, we willen weg.’

Blijven proberen
Het probleem dat is ontstaan groeit, want de sluiting van de grenzen door Nicaragua voor de doortocht van de Cubanen, ontmoedigt de achterblijvers op het eiland niet het toch te proberen. De vluchten naar Ecuador blijven Cubanen overvliegen die, in plaats van zich gefrustreerd te voelen door de gerezen moeilijkheden, in de gaten krijgen dat bij het zichtbaar worden van hun probleem ze meer beschermd zouden kunnen worden en dat ze een corridor kunnen afdwingen die hen toegang tot het Noorden garandeert. Het effect lijkt zich te herhalen dat 10.000 mensen bewoog om in 1980 de ambassade van Peru te bezetten en iets later meer dan 100.000 die via de haven van Mariel vertrokken, dezelfde migratiekoorts die 35.000 Cubanen aanzette tot de ‘crisis de balseros’ of vlottencrisis van 1994. Een natie op drift, waarvan de kinderen cyclisch de route vinden om hun geboorteland achter zich te laten.

migratie-Cubanos-esperando-en-Costa-Rica

Wachtende Cubanen in Costa Rica

Hervorming
Het is nogal opvallend dat deze situatie zich voordoet als de hervormingen van Raúl Castro hun limiet lijken te hebben bereikt en hun ondoeltreffendheid hebben aangetoond omdat zichtbare resultaten in het dagelijks leven uitblijven. Zelfs het herstel van de betrekkingen tussen Cuba en de Verenigde Staten lukt het niet de desillusie en groeiende wanhoop onder de jongeren te verzachten. De niet- openlijke, maar latente dreiging, dat de Ley de Ajuste zal worden opgeheven heeft de beslissing van degene die het land wil verlaten alleen maar versneld, maar geeft niet de doorslag om het eigen leven en dat van de kleine kinderen in gevaar te brengen bij een overtocht vol gevaren. Een korte verklaring van Raúl Castro voor de camera`s van de nationale televisie, waarin hij vertelt wat wij, miljoenen Cubanen, al tientallen jaren verwachten zou voldoende zijn om deze emigratiestroom te doen stoppen en zelfs te doen keren. Het niet uitspreken van dat slotbetoog met zelfkritiek dat de weg opent naar een ander bestuur maakt hem schuldig aan alles wat er plaatsvindt.

Link
* De tekst van Roberto Peralo op de website Joven Cuba. Ruim 60 reacties staan er onder zijn bijdrage. Veel bezoekers stemmen in met zijn artikel en met de conclusie dat met of zonder Wet Ley de Ajuste, Cubanen mogelijkheden blijven zoeken te vertrekken.

Kanttekeningen bij bezoek John Kerry en de rol van Cubaanse media

Pedro Campos zat vrijdag jongstleden, zoals de meeste Cubanen, voor de televisie om getuige te zijn van de heropening van de Amerikaanse ambassade in Havana door de Amerikaanse Minister van Buitenlandse Zaken, John Kerry. Campos, een onafhankelijke marxist, constateert dat de staatstelevisie geen enkele aandacht schonk aan de politieke achtergrond van Kerry en zijn progressieve opvattingen. Campos bekritiseert de hielenlikkerei van veel commentatoren bij de Cubaanse media voor wie Kerry’s uitspraken ‘een voortzetting zijn van de destructieve strategie van het imperialisme’. Hij maakt een uitzondering voor de ‘heldere en objectieve analyses’ van twee medewerkers van het televisieprogramma Mesa Redonda.

Minister Kerry in oldtimer in Havana

Minister Kerry in Cubaanse oldtimer in Oud-Havana

Gewoonlijk worden bij bezoeken van buitenlandse politieke persoonlijkheden aan Cuba uittreksels met biografische gegevens en hun politieke antecedenten verspreid. Maar niemand bij de officiële media herinnert aan het feit dat Kerry streed in de oorlog in Vietnam, maar later de leider werd van de veteranen die een einde wilde maken aan de interventie in dit land en de terugkeer van de Amerikaanse mariniers bepleitte. Ook werd niet duidelijk dat Kerry een prominente politicus was in de linkervleugel van de Democraten, die viermaal als senator de verkiezingen won en velen malen lijnrecht tegenover de conservatieve politici in de Senaat stond. Ook werd niet gemeld dat hij in 2004 de Democratische presidentskandidaat was die de verkiezingsstrijd verloor tegen gunste van George W. Bush, mede dankzij de stemmen van conservatieve Cubanen in Florida.

John Kerry als marinier t tijdens de Vietnamoorlog

John Kerry als marinier tijdens de Vietnamoorlog

Nederlaag
Ik kon zelf de beelden van Kerry naast de vlaggenmast op het terrein van de ambassade, niet los zien van de nederlaag die de conservatieven in Florida, de Cubanen voorop, hadden geleden. Zij zijn nu de belangrijkste tegenstanders van het nieuwe Cuba-beleid van Obama. Het is misschien de hardste klap voor de conservatieve Cubaanse-Amerikanen ooit in de geschiedenis van dit land en Kerry is er een van de belangrijkste promotors van. Die feiten zouden de kijkers voldoende hebben duidelijk gemaakt dat niet zomaar een willekeurige politicus werd ontvangen uit de wereld van ‘het imperialisme’, maar een linkse persoonlijkheid uit het tweepartijsysteem van de Noordamerikaanse politiek. Iemand die voorstander was van een sociaal beleid, politieke onderhandelingen en zeker geen oorlogshitser. De wandeling van Kerry te voet met een wandelstok herstellend van een fietsongeluk, in hemdsmouwen, is een gebaar dat niet genoeg kan worden gewaardeerd. Hier wandelt een persoon die zijn positieve gevoelens tegenover het Cubaanse volk direct wilde tonen en niet alleen tijdens besloten bijeenkomsten met regeringsvertegenwoordigers of dissidenten.

John Kerry als veteraan tegen de oorlog in Vietnam

John Kerry als veteraan tegen de oorlog in Vietnam

‘Agent van het imperialisme’
Toen Kerry tijdens een persconferentie erop wees dat niemand vrees zou moeten hebben voor de ontwikkeling van deze relaties, probeerden de neostalinistische commentatoren van de televisie angst te zaaien onder hun gehoor. Enkelen suggereerden dat de woorden van de Minister van Buitenlandse Zaken bewezen dat de VS wel hun politiek hadden gewijzigd, maar de strategie om de ‘revolutie’ te vernietigen, voortzetten. En zij verwezen naar de opmerkingen van Kerry over mensenrechten en naar zijn opmerking dat het volk beter gediend is met een ‘waarachtige’ democratie waar de mensen hun eigen vertegenwoordigers kunnen kiezen. Alsof het geen feit is dat er in Cuba sprake is van systematische schendingen van de politieke, burger- en economische rechten van de bevolking en dat sinds 1948 hier geen enkele vertegenwoordiger van de overheid nog via directe en geheime verkiezingen werd gekozen. Voor sommige commentatoren die nog in het verleden leven en met angst en beven naar de toekomst kijken, zijn dergelijke uitspraken een voortzetting van de destructieve strategie van het imperialisme. Daarom noemen ze iedereen ‘een agent van het imperialisme’ die de waarheid spreken over de trieste werkelijkheid van de mensenrechten in Cuba en het gebrek aan democratie in het politiek systeem.

In 1985 bezoekt Kerry en enkele andere leden van de Senaat Nicaragua en ontmoet hij president Daniel Ortega

In 1985 bezoeken Kerry en enkele andere leden van de Senaat Nicaragua en ontmoet hij president Daniel Ortega

Helder en objectief commentaar
Aan de andere kant was er op de Cubaanse televisie ’s avonds laat ook het programma Mesa Redonda, waar twee Amerika-specialisten, Jesús Arbolella en Reinaldo Taladrid, de uitspraken van Kerry op waarde wisten te schatten en beschreven hoe er in toespraken van Amerikaanse staatslieden rekening wordt gehouden met de belangen van alle sectoren in de samenleving waartoe men zich richt. En zij benadrukten dat het geen zin heeft uitspraken te isoleren om algemene conclusies te trekken over het politiek beleid van de Amerikaanse regering die door Kerry wordt vertegenwoordigd. Deze heldere en objectieve standpunten stonden in schril contrast met de veelheid van commentaren die we dag in dag uit hebben gehoord over de kwalijke bedoelingen van de regering Obama. Wanneer aan iemand zoals Kerry die spreekt over toenadering, dialoog, samenwerking en goed nabuurschap, destructieve motieven wordt toegeschreven, is dit typerend voor het machiavellistisch denken (duivels, sluw, vanuit het idee dat het doel de middelen heiligt, redactie) dat, bij afwezigheid van vijanden, de noodzaak voelt vijanden uit te vinden om hun kwalijke bedoelingen te verhullen. Ik wil de namen van die andere commentatoren niet noemen omdat ik niet met de bestraffende vinger wil wijzen. Maar het is voor mij duidelijk dat de twee commentatoren bij Mesa Redonda die ik wel noemde, te midden van zoveel smoezelige desinformatie en de maniakale traditionele betogen uit de hoek van de neostalinisten, een lichtpunt vormden.

Kerry lweidt als voorzitter van de buitenlandcommissie de verhoren naar aanleiding van Irangate en de contra's in Nicaragua.

Kerry leidt als voorzitter van de buitenlandcommissie de verhoren naar aanleiding van Irangate en de contra’s in Nicaragua.

Meer visie, minder propaganda
Het is misschien teveel gevraagd dat het bureaucratisch-conservatief taalgebruik waarbij overal en nergens vijanden worden gevonden, zal verdwijnen. Vijanden waarvan wordt verondersteld dat zij een socialisme willen vernietigen dat nooit bestond, een democratisch systeem willen veranderen dat er nooit was en ons het respect voor politieke en burgerrechten wil opleggen waar dat respect een halve eeuw afwezig was. Op zijn minst is het zaak dat die commentatoren ruimte krijgen die een visie hebben die ver afstaat van de armoedige retoriek van het neostalinisme. Dat geldt voor Mesa Redonda, waar ooit de Amerika-specialist Esteban Morales moest verdwijnen omdat hij schreef over corruptie in overheidskringen en voor andere programma’s die een meer analytische benadering voortaan. Hopelijk zullen zij vaker ware deskundigen inschakelen en minder die woordvoerders die zich vooral met politieke propaganda bezighouden. Dat zou een verbetering van de programma’s en voor het gehoor betekenen.

Bron
* Deze tekst van Pedro Campos verscheen op 17 augustus 2015 op de website 14ymedio en is hier en daar samengevat.
Link
* Beelden 1 minuut 40 van minister Kerry in Havana – NOS Journaal

Militairen in Cuba zullen machtspositie niet loslaten in ruil voor vrije markt

In de Washington Post beschrijft José Azel een mogelijk scenario voor de periode na de Castro’s. Azel is docent aan het Institute for Cuban and Cuban-American Studies van de Universiteit van Miami en auteur van het boek Mañana in Cuba. Zijn conclusie luidt dat de Cubaanse militairen op dit moment 70% van de economie controleren. Het is onwaarschijnlijk dat zij die positie zullen inruilen voor een vrije markt. De conclusies die Azel trekt, lijken sterk op die van de onafhankelijke marxist Campos uit Cuba zelf.
En in de Financial Times van vandaag (Could Cuba be Vietnam in the Caribbean?) schrijft Richard Feinberg: ‘Let op het opmerkelijke economische succes van Vietnam, ooit een sterk gecentraliseerde planeconomie als Cuba nu.’

Samen goed voor 252 jaar; De huidige leiders van Cuba, van links naar rechts José R. Machado Ventura, Ramiro Valdés-en  Raúl Castro -

Samen goed voor 252 jaar; de huidige leiders van Cuba. Van links naar rechts: José R. Machado Ventura, Ramiro Valdés en Raúl Castro –

De opvolging in 2008 van Fidel naar Raúl Castro was efficiënt en effectief. Maar de euforie buiten het eiland, waarbij generaal Castro krachtig tussenbeide komt om een einde te maken aan de periode van het communisme en kiest voor een democratisch marktgeoriënteerd Cuba zal deze fase niet afsluiten. Gezien Raúl’s leeftijd – 84 – zal er in de nabije toekomst opnieuw sprake zijn van een opvolging. De kritische vraag is niet welke economische hervormingen Raúl introduceert, maar wie hem opvolgt. José Ramón Machado Ventura, tweede secretaris van de partij, is 84 jaar oud en Cuba watchers zien hem niet als de volgende leider. Als de eerste vicepresident van Cuba, Miguel Díaz-Canel (55), president wordt, zal hij het ‘burgerlijke’ gezicht van de generaals worden om te presenteren aan de internationale gemeenschap.

Het militair complex
Raúl was 50 jaar opperbevelhebber van de strijdkrachten en nu als leider van het land benoemt hij zijn officieren uit het leger en hun familieleden in posities in regering en de industrie. Een mogelijk scenario nadat hij weg is, is een terugkeer naar een militaire dictatuur zoals we die kenden tijdens Batista, in Brazilië tussen 1964 en 1986 of in het Egypte van vandaag. Toch is er nog een andere uitkomst mogelijk. Volgens verschillende schattingen, inclusief het Miami’s Institute for Cuban and Cuban-American Studies, controleren de Cubaanse Revolutionaire Strijdkrachten meer dan 70% van de economie. De ondernemersgroep GAESA, de commerciële bedrijvengroep binnen het Cubaanse Ministerie van Defensie, is actief in alle sectoren van de economie. Met filialen die het eigendom van de staat zijn, is GAESA nauw betrokken bij het toerisme, midden- en kleinbedrijf, mijnbouw, landbouw en energie plus joint ventures met buitenlandse investeerders.

Bezit is lucratief
Raúl heeft, om redenen van overleven en niet vanwege de ideologie, enkele aarzelende economische hervormingen geïntroduceerd, maar de metamorfose van legerofficieren tot zakenlieden gaat door. Sommigen zullen dit als een positieve ontwikkeling zien, omdat oorlogsvoerders hun wapens inruilen voor rekenmachientjes. Maar wat betekent het voor de toekomst van Cuba als het tijdperk van Raúl ten einde komt en legerofficieren de politieke en economische controle verwerven? In een systeem waar bedrijven in bezit van de staat zijn en door de staat worden geleid, zullen de legerofficieren die veranderd zijn in CEO’s de privileges genieten van de heersende élite. Dan zal het niet lang meer duren voor de militaire elite zich realiseert dat leiding geven aan staatsbedrijven slechts beperkte voordelen oplevert, maar dat het bezit van deze bedrijven een veel lucratiever optie is.

remedios sigarenfabriek 173Kapitalistische miljonairs
Als de Castrobroeders niet langer in beeld zijn, kan de militaire oligarchie besluiten een verregaande maar fakehervorming af te kondigen. In feite is dan sprake van de gemanipuleerde privatisering van de industrie onder de leidinggevende controle van de militairen. Die hervorming is vergelijkbaar met de privatisering in Rusland in de jaren negentig en dat onwettige en corrupte privatiseringsproces kan leiden tot een nieuwe klasse van door de regering gevormde oligarchen of instant kapitalistische miljonairs, de nieuwe Cubaanse ‘captains of industry’. De Cubaanse bevolking zal deze veranderingen van eigenaren niet als kwalijk of ongewenst vervaren, omdat men deze ten onrechte ervaart als een positieve transitie naar vrije markten en vooruitgang. De internationale gemeenschap zal de veranderende generaals toejuichen als agenten van de verandering naar markthervorming in Cuba. En in de VS zullen de beleidswijzigingen van president Obama als oorzaak van het succes worden gezien. Het Cubaanse communisme zal zeker ten einde komen en de generaals die captains-of-industry worden en deel gaan uitmaken van de nieuwe nouveau riche in het land, zullen gespeend zijn van enige democratische allure. En zoals in Rusland na de val van de Sovjet Unie, zal Cuba vergeven zijn van monopolies. De bazen daarvan zijn in staat internationale investeerders en beleid gericht op concurrentie waardoor hun posities worden bedreigd, te weerstaan.

Politieke hervormingen
Er wordt vaak beweerd dat de introductie van economische hervormingen, zelfs zonder politieke hervormingen, uiteindelijk onafwendbaar zullen leiden tot democratie. Maar in het geval van China na Mao, was dit niet noodzakelijk het geval. Zonder diepgaande politieke hervormingen zullen de vermoedelijke economische hervormingen uitgevoerd door Cuba’s militaire klasse enkel leiden tot de verplaatsing van de rijkdommen naar de regerende militaire en politieke elite. Het zal niet leiden tot democratie of welvaart.

Discipline is de overwinning

Discipline is de overwinning

Bron
* José Azel, Wall Street Journal, 15 juni 2015

Linken
* The Wall Street Journal is een erkend pleitbezorger voor het vrije ondernemerschap in en buiten de VS. De onafhankelijke Cubaanse marxist Pedro Campos komt op de website KaosenlaRed (Spaanstalig) echter tot een vergelijkbare conclusies. Citaat: ‘De werkelijke doelstellingen van de ‘actualisering’ (de veranderingen zoals beoogd door Raúl Castro) zijn niet gericht op de ‘opbouw van het socialisme’, maar op de transitie van het monopolistisch staatskapitaal naar particulier kapitalisme onder leiding van de hogere bureaucratie in Cuba, in alliantie met het buitenlands kapitaal’.

In de Financial Times vraagt Richard E. Feinberg, professor internationale politieke economie aan de Universiteit van California, zich af hoe Cuba er over tien jaar zal uitzien, wanneer het bejaarde leiderschap van het toneel is verdwenen. ‘Let op het opmerkelijke economische succes van Vietnam, ooit een sterk gecentraliseerde planeconomie als Cuba nu. Vietnam is geëvolueerd in een hybride systeem meet dynamische uitwisseling tussen de publieke sector van staatsbedrijven en een levendige en zich uitbreidende klasse van particuliere ondernemingen. Bij Nike, Honda, Canon en Samsung werken op dit moment miljoenen Vietnamezen.’ Het gehele katern van de FT van gisteren was gewijd aan investeren in Cuba, zoals 14ymedio meldt.

En Diario de Cuba publiceert vandaag een artikel van de hand van Roberto Quinoñes met de titel: Stalinisten met de ideeën van hervormers?

Drie fouten van Gorbachov die de Cubanen niet mogen vergeten

Pedro Campos is woordvoerder van de kritische Cubaanse groepering Observatorio Critico Cuba, een beweging voor participatiesocialisme. Hij is kritisch over de privatiseringen in Cuba en vergelijkt deze met de situatie in de nadagen van de Sovjet Unie. Campos schreef eerder een tekst over de drie fouten van president Gorbachov, die de Cubanen niet zouden mogen vergeten. Her volgt zijn analyse.

In 1989 bezoekt Gorbachov Cuba en snel daarna komt er een einde aan de subsidies uit Oost-Europa voor Cuba

In 1989 bezoekt Gorbachov Cuba en snel daarna komt er een einde aan de subsidies uit Oost-Europa voor Cuba

In eerdere stukken heb ik de fouten al beoordeeld die de voormalige leider van de Sovjet-Unie, Michael Gorbachov, in de weg stonden om de hervormingen te kunnen realiseren van de perestroika en die later hebben geleid tot de politieke opkomst van Boris Jeltsin en zijn groep, gesteund door liberalen, democraten, Russisch-nationalisten en zij die herstel van het privé-kapitalisme in de voormalige Sovjet-Unie nastreefden, tegenover het conservatief militaire oproer en als alternatief voor de volledige terugkeer van het stalinisme.

Drie misrekeningen
Onder deze misrekeningen zijn er drie van groot belang; het na te streven economisch zelfbestuur, de omgang met de oppositie en met de conservatieven in de partij/regering. Wij moeten ons daar als Cubanen goed rekenschap van geven. Hier volgen ze nogmaals:
1. Gorbachov ontwikkelde niet voldoende het zelfbestuur van de productie en handhaafde daarmee veel staatsbemoeienis.
2. Hij zocht niet naar een alliantie met de middenstand en de democratische krachten.
3. Hij ging de confrontatie niet aan en maakte geen einde aan de conservatieve macht van het neo-stalinisme in de CPSU (Communistische Partij van de Sovjet-Unie) die hem later de staatsgreep bezorgden.

Observatorio Critico loopt mee in een Eén Mei-betoging

Observatorio Critico loopt mee in een Eén Mei-betoging

Zelfbestuur
1. Gorbachov slaagde erin een wet aangenomen te krijgen over het zelfbestuur in de staatsbedrijven, maar waarvoor de tijd ontbrak om die naar behoren te ontwikkelen, terwijl de staat op bureaucratische wijze doorging met het opleggen van “planning” en controle op de resultaten van de productie. Daarom voelden de werknemers zich nooit baas over de controle op de ondernemingen om zo de productie onder de knie te krijgen. Ze kregen er niet de tijd voor. Dit en de traditionele staatscontrole die het revolutionaire enthousiasme hadden uitgeput en de maatschappij afkerig had gemaakt waarbij alcohol de enige uitweg bleek, verhinderden dat de arbeiders de controle over de economie overnamen en de socialisering- in- de- dop identificeerden als de echte weg naar de nieuwe maatschappij. De private, nationale en buitenlandse economie, die de arbeiders uitbuitte, kreeg meer macht. In wezen bleef het oude neo-stalinistische concept dat het kapitalisme moest worden “geëlimineerd” onder dwang en niet door slijtage, door de natuurlijke ontwikkeling van de productiekrachten en progressieve vooruitgang van onderlinge samenwerking in de productie, de boventoon voeren in de communistische partij, CPSU .

Het suikerrietcomplex Hershey produceert al lan ge tijd neit meer

De suikerrietcentrale Hershey produceert al lange tijd niet meer

Participatie
Zonder directe en effectieve participatie van de werknemers in de leiding, management en de opbrengsten van de ondernemingen is er geen echte controle van de werknemers, geen zelfbestuurd bezit en is er geen socialisme mogelijk en bestaan er vanwege de onderlinge afstand ook geen concrete mogelijkheden om de werknemers in ruime mate te kunnen ondersteunen bij hun werk de economie te socialiseren, zich de productiemiddelen eigen te maken en de resultaten toe te passen.  Was men erin geslaagd met de perestrojka en met de glasnost op het gebied van de vrijheid van meningsuiting de harten van de “Sovjets” al te winnen, de meerderheid verloor het vertrouwen in het socialisme. En de weg naar de socialisering werd in de kiem gesmoord door de staatsgreep die – logischerwijze – de natuurlijke reactie tegen de verdedigers van een regiem als ‘socialistisch’ bestempeld, aanwakkerde.

2. Hoewel Gorbachov en zijn aanhangers veel strijders voor de democratie uit de kerkers en de ballingschap haalden waren zij toch niet in staat met hen, de middenklasse en de liberalen een politieke alliantie te smeden die de krachten voor de perestrojka zou winnen en een beslissend tegenwicht zouden vormen tegen elementen die afremden. De oude sektarische vergissing van de communisten van het afwijzen van verbintenissen met de democratische en liberalen krachten, die als “burgerlijk” werden beschouwd, dreunde nog na. Met de staatsgreep hadden de troepen die Gorbachov voor zich moest winnen geen andere optie dan zich te verbinden met de enige anti-stalinistische mogelijkheid in staat om te regeren, vertegenwoordigd door Yeltsin die secretaris van de partij in Moskou en een ex-kameraad van Gorbachov was geweest.

3. Gorbachov wilde of kon de traditionele neo-stalinistische conservatieven niet uit de leiding van de partij, regering en vooral de strijdkrachten stoten. Er bestond een absoluut respect voor de voornaamste leider van de partij die had kunnen rekenen op de steun van de meerderheid in het Politbureau. Bijna niemand kon zich nog het afzetten van Nikita Chroestjov herinneren door die duistere machten. De aanwezigheid van die conservatieve elites leidde er toe dat alle tegenslag geweten werd aan de perestroika. Dat leidde uiteindelijk tot een staatsgreep die ruim baan maakte voor Yeltsin en de coalitie die hem ondersteunde. In naam van ‘de strijd tegen het socialisme’ werden de vernieuwingsplannen van de perestroika ontmanteld en de privatiseringsprocessen versneld.

De hervormingsplannen van raul Castro zijn samengevat in de Lineamientos. Het woord hervorming wordt in Cuba gemeden; men spreekt over actualsiering'.

De hervormingsplannen van Raúl Castro zijn samengevat in de Lineamientos. Het woord hervorming wordt in Cuba gemeden; men spreekt over actualisering.

Beleid van Actualisering en Perestroika
Rekeninghoudend met de afstanden en de aanzienlijke verschillen tussen de voormalige Sovjet-Unie en Cuba, tussen Gorbachov en Raúl Castro en tussen de perestroika en het beleid van Actualisering van Raúl Castro, zien we dat er zich ook in Cuba van die ‘regelmatigheden”   voordoen, om een term te gebruiken die zeer in zwang is bij Cubaanse academici uit de Sociale Wetenschappen. Wanneer deze zaken niet worden gerectificeerd, kan een machtsvacuüm ontstaan en kunnen we geconfronteerd worden met zaken die zich ook voordeden in de voormalige Sovjet-Unie. Dat kan leiden tot een versneld proces van privatisering, te midden van economische, sociale en politieke chaos, hier, op 90 mijl afstand van de Verenigde Staten

Bron
* Diario de Cuba, 18 februari 2015

Link
* Pedro Campos heeft meer artikelen geschreven vanuit een democratisch en socialistisch perspectief op de website Observatorio Critico Cuba en op de website Havana Times, in het Engels.

Dient Cuba’s Marielproject Staat of Cubanen?

Ana Teresa Igarza, directeur-generaal van het vrijhavenproject ZEDM in Mariel, kondigde kortgeleden aan dat werknemers in deze container- en vrijhaven hun salaris krijgen uitbetaald in een speciale wisselkoers. Werknemers met een contract krijgen 80% van het salaris uitbetaald dat door het Cubaanse arbeidsbureau en de investeerders in convertibele peso’s (het equivalent van de Amerikaanse dollar) wordt afgesproken. Zij krijgen dat salaris echter uitbetaald in gewone Cubaans peso’s (CUP) tegen een speciale wisselkoers; voor 1 Convertible Peso (CUC) krijgt de werknemer 10 gewone peso’s of CUP’s . Ana Teresa spreekt van stimulerende maatregelen zowel voor ‘de investeerder als de werknemers’.

Noot De Cubaanse peso is de munteenheid van Cuba. De officiële afkorting van de munt is CUP. Naast de Cubaanse peso wordt ook de convertible peso gehanteerd. De Cubaanse peso wordt gehanteerd door de lokale bevolking van Cuba, de convertible peso is in het leven geroepen voor toeristen maar veel dagelijkse producten zijn tegenwoordig ook voor Cubanen enkel in convertibele peso’s verkrijgbaar. De laatste wordt afgekort met CUC en deze is gekoppeld aan de Amerikaanse dollar. De verhouding Cubaanse peso tot de convertible peso is ruwweg 1 staat tot 24.

Noot
De Cubaanse peso is de munteenheid van Cuba. De officiële afkorting van de munt is CUP. Naast de Cubaanse peso wordt ook de convertible peso gehanteerd. De Cubaanse peso wordt gehanteerd door de lokale bevolking van Cuba, de convertible peso is in het leven geroepen voor toeristen maar veel dagelijkse producten zijn tegenwoordig ook voor Cubanen enkel in convertibele peso’s verkrijgbaar. De laatste wordt afgekort met CUC en deze is gekoppeld aan de Amerikaanse dollar. De verhouding Cubaanse peso tot de convertible peso is ruwweg 1 staat tot 24. Voor werknemers is nu een speciale wisselkoers ingevoerd namelijk 1 CUC tot 10 nationale peso’s.

Pedro Campos, woordvoerder van een kritische Cubaanse groepering voor participatiesocialisme spreekt van de ‘ontmaskering’ van het Marielproject. Hij geeft ook een voorbeeld. De arbeidsbemiddelaar van de Staat komt een salaris overeen van 1.000 CUC (of het equivalent in Amerikaanse dollars) met de buitenlandse investeerder. Dit bureau steekt 1.000 CUC (of het equivalent in Amerikaanse dollars) in eigen zak en betaalt de Cubaanse werknemers in CUP’s, tachtig procent van het overeengekomen bedrag, maar wel tegen het speciale tarief van 10 nationale peso’s voor 1 CUC.

63% naar Cubaanse Staat
Op deze manier zal de Cubaanse werknemer 10 peso’s voor elke CUC ontvangen, dat wil zeggen dat hij 10 maal 800, dat is 8.000 Cubaanse peso’s in handen krijgt. Als de werknemer het terrein van de ZEDM verlaat om inkopen te doen in de winkels met harde valuta (CUC’s), geleid door het Cubaans militair zakencomplex, moet hij zich wenden tot de lokale wisselkantoren waar hij CUC’s kan kopen tegen de normaal geldende wisselkoers namelijk van 24 staat tot 1. Zo is de waarde van zijn 8.000 Cubaanse peso’s inmiddels gedaald tot 320 CUC. Dat betekent dat van de 1.000 CUC die de investeerder betaalt voor salarissen, feitelijk slecht 32% bij de Cubaanse werknemer terecht komt. Bovendien moet de Cubaanse werknemer nog 5% bijdragen voor sociale zekerheid; dan komt van de oorspronkelijke 1.000 CUC slechts 27% bij de werknemers terechtkomt.

Containerhaven van Mariel

Containerhaven van Mariel

Masker af
Campos concludeert dat 63% van de 1.000 CUC terechtkomt bij ‘de staat die achter overleunt en geen vuile handen maakt’ en die slechts als ‘bemiddelaar’ tussen ‘de investeerder c.q. buitenlandse kapitalist en de Cubaanse werknemers optreedt.’ Hij noemt het ‘een waarlijk knappe manoeuvre, maar deze kan niet de dubbele uitbuiting verbergen waar Cubaanse werknemers zich aan moeten ontwerpen.’ Campos concludeert dat het project een alliantie is tussen het staatskapitalisme in Cuba en het internationaal kapitalisme. Mariel heeft zijn ‘progressieve masker’ afgezet en toont nu zijn ware aarde, namelijk als afperser van de inkomens van Cubaanse werknemers. En hij voegt er aan toe dat de Staat de werknemers in de steek laat en hen de wetten onthoudt die hem kunnen beschermen tegen deze ondernemers. ‘De voordelen van het megaproject Mariel voor de Cubaanse werkende klasse worden steeds duidelijker!’

Link
* Het volledige artikel van Pedro Campos van 18 april 2014 op de website Havana Times (Engelstalig)
* Veel teksten van Pedro Campos verschenen op de website Por un socialismo participativo y democrático (SPD) van Félix Sautié Mederos

PesoNoot
*
De Cubaanse peso is de munteenheid van Cuba. De officiële afkorting van de munt is CUP. Naast de Cubaanse peso wordt ook de convertible peso of CUC gehanteerd. De Cubaanse peso wordt gehanteerd door de lokale bevolking van Cuba, de convertible peso is in het leven geroepen voor toeristen maar veel dagelijkse producten zijn tegenwoordig ook voor Cubanen enkel in convertibele peso’s verkrijgbaar. De laatste wordt afgekort met CUC en deze is gekoppeld aan de Amerikaanse dollar. De verhouding Cubaanse peso tot de convertible peso is ruwweg 1 staat tot 24.

Donderpreek Raúl Castro over verlies normen en waarden

Tijdens de afsluiting van de tweedaagse sessie van het Cubaans parlement, de Nationale Assemblee op zondag 7 juli, klaagde president Raúl Castro het morele verval in Cuba aan en het verlies aan waarden en normen, beschaving en decorum. Zijn klaagzang betrof de illegale slacht, het accepteren van steekpenningen, maar ook het illegaal bouwen van huizen, onwettige houtkap, schreeuwen en vloeken op straat, dronkenschap en zelfs wildplassen.

President Raúl Castro verlaat de Nationale Assemblee op zondag jl.

President Raúl Castro verlaat de Nationale Assemblee op zondag jl.

Raúl Castro: ´Als ik nadenk over deze spijtige ontwikkelingen, denk ik soms dat wij ondanks de onmiskenbare educatieve resultaten van de Revolutie…  stappen terug hebben gezet op het gebied van de cultuur en publieke mentaliteit.’ (…) ‘Ik heb het bittere gevoel dat we een samenleving hebben die steeds beter is opgeleid, maar niet noodzakelijkerwijs meer verlicht is.’ De Cubaanse president somde ook voorbeelden van ongewenst gedrag op, zoals:
–  Mensen die te laat op hun werk komen
– Graffiti en vandalisme in parken, op monumenten, bomen en tuinen.
– Luide muziek die de slaap verstoort.
– Het fokken van varkens in de steden ondanks het risico voor de volksgezondheid.
– Het stelen van metaal uit de telefoon en elektrische leidingen, riolering, verkeersborden en verkeerslichten.
– Zwart rijden in het openbaar vervoer.
– Niet-naleving op school van kledingvoorschriften en leraren die steekpenningen aannemen in ruil voor diploma’s .
– Gebrek aan eerbied voor de ouderen, zwangere vrouwen, moeders met kleine kinderen en mensen met een handicap.
– Kinderen die stenen naar auto’s en treinen gooien.
Castro concludeert dat dit ‘alles voor onze ogen plaatsvindt zonder dat dit leidt tot publieke veroordeling en verzet.’ (…) ‘Het is onaanvaardbaar vulgariteit gelijk te stellen met moderniteit, slordigheid en nalatigheid met vooruitgang’ ( .…) ‘Samenleven houdt op de eerste plaats in het aanvaarden van regels van fatsoen die de rechten van anderen eerbiedigen.’

Corruptie
De Cubaanse leider sprak ook over de eroderende effecten van officiele corruptie en hij citeerde zijn broer Fidel die ooit vaststelde dat dit verschijnsel een veel groter risico voor het succes van de Cubaanse revolutie betekent dan allerlei krachten van buiten.

Actie in Havana tegen huisuitzettingen

Actie in Havana tegen huisuitzettingen

Reacties
In een reactie op de website Diario de Cuba herinnert een bezoeker aan het evangeliewoord: Aan de vruchten, herkent men de boom. Als de bevolking zo ontaard is, als de machthebbers nu zelf zeggen, is het de schuld van het systeem dat altijd zo opgaf over de kwaliteit van het onderwijs en de media. Als zij die problemen niet kunnen oplossen en geen ruimte bieden voor mensen om zelfstandig te zijn, laat zij dan de consequenties trekken van hun middelmatig beleid. De Cubaan van nu is de veelgeroemde Nieuwe Mens; slecht opgevoed, een schreeuwlelijk en ongewenst.’

‘Eerlijke compensatie’
De kritische marxist Pedro Campos reageert in een open brief aan Raúl Castro. ‘Voor u, stelen de mensen van de staat. Voor ons is het de Cubaanse staat die zich de zweetdruppels van de werknemers in loondienst, de boeren, de kleine ondernemers, de intellectuelen en kunstenaars heeft toegeëigend door al maar slinkende salarissen, oneerlijke belastingen en de dubbele munteenheden, ondanks de minimale gratis voorzieningen die daar tegenover staan. En zij die de rijkdom produceren passen simpelweg de methode van ‘de eerlijke compensatie’ toe. Zij eigenen zich het deel toe dat u ons op een onrechtvaardige wijze onthoudt.’

Krotwoningen in volksbuurten als Marianao en La Lisa

Krotwoningen in volksbuurten als Marianao en La Lisa

Campos houdt de president ook voor dat wat hij ‘illegale huizenbouw’ noemt, door de Cubanen gezien wordt als een vorm van zelfbestuur van mensen die een dak boven het hoofd willen terwijl een doelmatige woningbouwpolitiek in Cuba al jaren lang ontbreekt. En wat Raúl Castro ziet als ‘illegale slacht’ is voor de Cubanen een reactie op de tientallen regels en wetten die de productie van vlees en melk negatief heeft beïnvloed als gevolg van het staatsmonopolie op de verkoop van vlees. Campos constateert dat de bevolking sinds 1959 is verdubbeld, maar dat Cuba nog maar beschikt over de helft van de stuks vee van toen.

President Raúl Castro, vicepresident Miguel Diaz-Canel, de Minister van Defensie Leopoldo Cintras Frias (links) en Cuba's Minister van Buitenlandse Zaken, Bruno Rodriguez nemen deel aan de stemmingen in de Assemblee, 7 juli 2013

President Raúl Castro, vicepresident Miguel Diaz-Canel, de Minister van Defensie Leopoldo Cintras Frias (links) en Cuba’s Minister van Buitenlandse Zaken, Bruno Rodriguez nemen deel aan de stemmingen in de Assemblee, 7 juli 2013

Wat Raúl omschrijft als puur vandalisme is, aldus Campos, een signaal van de onrust, de onzekerheid, de deceptie en de chaos die bestaan bij de mensen en een teken van verzet tegen het ontbreken van legale en democratische mogelijkheden om te vechten voor je rechten. ‘Bent u vergeten dat de 26ste Julibeweging in de tijd van Batista ook de elektriciteit en de waterleidingen saboteerde en met acties die vaak veel gewelddadiger en destructiever waren?’ vraagt Campos.