Het zout is op…..of te duur

De douanebeambte keek met verbazing naar de twee zakken witte poeder in de koffer van Laura Acuña. Zij stond op het punt om van Bogota naar Havana te vliegen. ‘Het was moeilijk de beambte uit te leggen dat ze twee kilo zout naar Cuba vervoerde’,  herinnert de Cubaanse vrouw zich die op verzoek van haar moeder het zout in Colombia had gekocht. Sinds eind vorig jaar is het moeilijk om in Cuba zout te krijgen, zowel op markten als in de winkels waar het in lokale valuta wordt verkocht. Zout is enkel verkrijgbaar in winkels waar je met convertibele peso’s (CUC) betaalt maar waar het zout wel veel duurder is.

zout-Trinidad-Tobago

Een zak zout geïmporteerd uit Trinidad en Tobago

Het kan ook op de zwarte markt worden gekocht maar ook daar wordt het schaars. De opslagplaatsen van de staat krijgen ook steeds minder zout aangeleverd dat is de plaats waar de meeste goederen voor de zwarte markt vandaan komen. Volgens het Cubaans Statistisch Jaarboek is de zoutproductie de afgelopen jaren gedaald. De zoutwinning daalde van iets meer dan 280.000 ton in 2011 tot 248.000 ton ongeraffineerd zout. De officiële redenen voor deze daling is zijn de klimaatproblemen en het gebruik van verouderde technologie. Ook de productie van fijn zout, het zout dat daadwerkelijk door de bevolking wordt geconsumeerd, is gedaald van 93.700 ton in 2012 naar 76.100 ton in 2016, aldus het Jaarboek. Rekeninghoudend met deze productiedaling is de industrie theoretisch in staat de gehele bevolking van zout te voorzien. Volgens de Cubaanse autoriteiten gebruiken Cubanen gemiddeld 10 gram zout per dag (tweemaal de door de Wereldgezondheidsdienst WHO aanbevolen dosis), wat neerkomt op een consumptie van 40.800 ton per jaar. Maar het overschot van 35.300 ton zout ligt niet in de winkels. ‘Elke dag vragen mensen ernaar in deze bodega (staatswinkeltje) maar sinds januari kunnen we niets leveren,’ zegt Lisandra, een medewerker van een kleine markt in de straat Monte in Havana, waar de producten van de libreta of bonnenboekje worden verkocht. ‘We hadden nog een kleine maar vochtig voorraadje maar zelfs die is nu op.’

Verliezen aan zout
Van de zes zoutpannen op het eiland zijn er vijf in gebruik en die bevinden zich in centraal Cuba en in het oosten. Afgelopen september heeft de orkaan Irma ten minste drie van hen ernstig getroffen, waardoor de productie verlamd werd en tonnen zout verloren zijn gegaan. De directeur van het staatsbedrijf Geominsal Business Group, Fabio Raimundo Paz, legde de officiële pers uit dat de zoutpannen, die de meeste schade hadden geleden die van Puerto Padre in de provincie Las Tunas, Santa Lucia in Camagüey en Bidos in de provincie Matanzas waren. Het zout dat op de droogplateaus lag, ging volledig verloren terwijl 5% van het opgeslagen en voor distributie gereedliggende zout, verloren ging. Het heeft weken geduurd voordat de schade voor de consument voelbaar werd.

zout-Salina-Guantánamo

Opslag bij de zoutpan Salina van Guántanamo

Prijs 25 maal zo hoog
De maanden verstreken en hoewel de  autoriteiten zeiden de beschikbaarheid van zout te garanderen, bleef de schaarste. Het alarm drong door tot de lokale pers van Sancti Spíritus, waar sinds oktober de levering van zout aan particuliere winkels stopgezet werd, aldus het weekblad Escambray. Het blad stelde vast dat de levering van zout enkel nog gegarandeerd werd aan houders van een rantsoeneringboekje. ‘Normaal gesproken is er weinig belangstelling voor zout in deze winkel,’ zegt een medewerker van het warenhuis aan de Plaza de Carlos III, het belangrijkste winkelcentrum in convertibele valuta in de Cubaanse hoofdstad. ‘De mensen die dit product hier kopen zijn bijna altijd buitenlanders die de stad bezoeken of de eigenaren van paladaressen,’ zegt hij. Nu constateert hij een opleving en zakjes zout worden voor 1,50 CUC verkocht, 25 keer zo duur als in de bodegas waar Cubanen met hun bonnenboekje komen. Hij vergelijkt de tekorten met het ontbreken van toiletpapier enige tijd terug. De voorlichter van het Ministerie van Binnenlandse Handel, zegt ‘te wachten op het moment dat er meer zout wordt aangeboden’, zonder een datum te noemen.

Hotels
In de hotel- en toerismesector leidt het tekort ook tot een grotere vraag naar zout en zorgt het voor extra stress bij sommige werknemers. ‘Tot voor kort gaven we onze klanten de landelijk voorgeschreven minidosis,’ zegt een van de obers in Hotel Inglaterra aan Parque Central. ’We moesten de zoutvaatjes aanvullen en erop letten dat mensen ze niet leegmaakten en we moest rijstkorrels aan het zout toevoegen omdat het erg nat was,’ zegt hij. ‘Vroeger moesten we erop letten dat men niet het bestek of de glazen meenam, maar nu moeten we ook op het zou letten.’

Bron
* Marcel Hernández, website 14ymedio, 5 april 2018

Plaats een reactie