Partij kritiseert ‘neokoloniaal’ Halloweenfeest

De groeiende populariteit van Halloween in Cuba is niet onopgemerkt voorbijgegaan aan de Cubaanse partijkrant Granma. Cultureel medewerker Pedro de la Hoz, ook vice-voorzitter van de officiële schrijversbond UNEAC, heeft zich flink geërgerd aan het feit dat in sommige zalen die eigendom zijn van de staat, dergelijke ‘neokoloniale invloeden’ werden toegelaten. Halloween is immers een product van ‘de Amerikaanse media-industrie.’ Nog verontwaardigder is De La Hoz dat Cubaanse jongeren op weg naar een kampioenschap cheerleading zich hulden in de Amerikaanse vlag. Op een andere officiële site CubaSi probeert Vladia Rubio de zaak te sussen met een bijdrage getiteld Halloween op zijn Cubaans. Hij concludeert begripvol dat zij die gisteren meededen aan Halloween, zich vandaag aanmelden als arts of verpleger ter bestrijding van ebola. Op de website Diario de Cuba reageert Dariela Aquique Luna en herinnert er aan hoe het Cubaanse regime de bevolking jarenlang ‘vreemde elementen’ opdrong.

halloween-che-guevara-2014Hij verzet zich tegen dergelijke kritiek op de jongere generatie en bekritiseert ‘de perverse gewoonte elke centimeter in het leven van Cubanen te politiseren’. Vladia Rubio toont zich op de site van CubaSi bezorgd omdat nieuwe generaties doordrenkt lijken te zijn van wat hij noemt de tsunami van de globalisering. Hij loopt de voorbije jaren door toen luisteren naar muziek van de Beatles verboden was, net zoals corresponderen met familieleden die naar de VS waren vertrokken of het vereren van Elegguá o los Guerreros (strijdgoden in de santeria, redactie). Vladia Rubio lijkt te willen aangeven dat de intolerantie van toen en de bijna wanhopige pogingen van de overheid tot een zekere openheid van nu, zo lijnrecht tegenover elkaar staan dat het resultaat weleens contraproductief kan zijn.

Het Cubaans regime organiseerde tijdens de uittocht van Mariel demonstraties tegen Cubaanse gezinnen die het land zouden willen verlaten. 'Weg met het uitschot' en 'Carter, klootzak, vergeet de Varkensbaai niet' .

Het Cubaans regime organiseerde in 1980 tijdens de uittocht van Mariel demonstraties tegen Cubaanse gezinnen die het land zouden willen verlaten. ‘Weg met het uitschot’ en ‘Weg met de anti-socialen’ of  ‘Carter, klootzak, vergeet de Varkensbaai niet’ .

Verwarring
Dariela Aquique Luna maakt de tegenstelling zichtbaar door een verwijzing naar het verleden. ‘Natuurlijk is het vreemd dat wij veertig jaar geleden gedwongen werden om getuige te zijn van gewelddadige acties (actos de repudio) gericht tegen ‘het uitschot en de anti-socialen’, toen 125.000 Cubanen via de haven van Mariel op boten het land verlieten. En vervolgens hoorden we de verzoenende woorden en waarderende woorden aan het adres van de Cubaanse gemeenschap die buiten het eiland verbleef. Gisteren de beledigingen, vandaag de eufemistische waardering. En er waren de spandoeken gericht aan het adres van de Amerikaanse president met de tekst: ‘Carter, klootzak, vergeet de Varkensbaai niet ‘. Daarna hoorden we Fidel Castro zelf zeggen dat diezelfde Jimmy Carter een eerzaam mens en vriend van Cuba  was. Of neem de bejegening in de jaren tachtig en negentig van homo’s en lesbo’s, die zonder enige reden werden opgepakt, nachten moesten doorbrengen in politiebureaus en nu is er Doña Mariela, die sekse-veranderende operaties bepleit. Alles in Cuba van nu leidt tot verwarring. En daarom is er ook verwarring over waar we met dit land naartoe willen. Een land dat door een paar oudere heren wordt geleid die zich over van alles en nog wat uitlaten en besluiten met ‘donde dije digo, digo Diego’. (een Cubaans gezegde voor iemand die de ene keer dit en de andere keer dat zegt, zijn mening verandert en tenslotte beweert dat altijd al gezegd te hebben)

HalloweenCuba-jongeren-op-straatGeen zorgen
Luna maakt zich geen al te grote zorgen over jeugdigen die zich verliezen in Halloween en daar foto’s van op Faceboook zetten. Hij schrijft: ‘In de eerste plaats is er de cultuur die zij beleven en die door allerlei media tot hen komt (een cultureel alternatief van eigen bodem ontbreekt ). En ten tweede kan men nog zoveel spreken over respect voor de diversiteit, ik zie er geen enkel kwaad in dat jongeren hun eigen iconen kiezen die men aantrekkelijker vindt. Ten derde leidt de extreme politisering van elke aspect van het sociaal leven van Cubanen tot verzadiging en ook tot een soms onbewuste, afwijzing van de Cubaanse symbolen. Je bent hier beter af als je eerst revolutionair en dan pas Cubaan bent. Op de vierde plaats is de jeugd zich bewust van de snelle vooruitgang op technologisch gebied en in de communicatie vanuit de VS en ervaart zij dagelijks de permanente beperkingen op dit gebied in eigen land. Daardoor is elke verwijzing naar de Noord-Amerikaanse cultuur en de demonisering ervan, een politiek anachronisme is en nutteloos.’

fidel castro-rusland-cubaRusland en Cuba
“En ten vijfde is het oneerlijk de jeugd te verwijten de eigen roots te verwaarlozen, terwijl het regime tientallen jaren de inwoners van Cuba een Sovjet en Oost-Europese cultuur heeft opgelegd. Zijn we dan vergeten hoe de radio en televisie in de jaren tachtig en negentig in Cuba de muziek draaiden van de Bulgaar Biser Kirov en de Tsejchische zanger Karel Gott? En de beeltenis van Yuri Gagarin op t-shirts. En de verplichting van Russisch op de scholen? En de matroesjka’s of het versierde beertje Micha in onze huizen. En de polshorloges van het merk Poljot, Vostok of Raketa? En de loketten en kiosken overvol met het tijdschrift Sputnik? De Russische oorlogsfilms? En niet te vergeten de vreselijke kleding van een textielsoort die volkomen ongeschikt was voor het klimaat van een Caribisch eiland.’

De Tsjechische zanger Karel Gott die ook in Cuba populair was

De Tsjechische zanger Karel Gott die ook in Cuba populair was

Oproep tot kalmte
Vladia (zijn naam heeft een Russische achtergrond) wil met zijn bijdrage op de website CubaSi zijn schepen niet achter zich verbranden en slaat een gematigder toon aan. Hij vraagt om ‘rust en begrip’ en concludeert dat velen van hen die zich vandaag tooien met petten vol buitenlandse symbolen en eind oktober met pompoenen op straat lopen, dezelfden zijn die zich morgen bereid verklaren mee te helpen in de strijd tegen ebola, geen dubbele moraal accepteren en bereid zijn op de vuist te gaan met hen die – van binnenuit of van buiten – het land willen bezoedelen.’ Luna concludeert dat het artikel op CubaSi wel erg ¿a lo cubano?/ op zijn Cubaans wordt besloten.

Yuniasky Crespo Baquero

Yuniasky Crespo Baquero

Jeugd apathisch
Ook de communistische jeugdbeweging Unión de Jóvenes Comunistas (UJC) heeft grote moeite met het op peil houden van de motivatie bij de jeugd voor de revolutie. Veel jongeren verlaten de organisatie of zijn ongemotiveerd om toe te treden. Yuniasky Crespo Baquero (37), eerste secretaris, riep daarom de leden op ‘humanisme en solidariteit te praktiseren tegenover mensen met problemen, ongeacht of ze wel of niet lid zijn van deze organisatie.’ Want als je het moeilijk hebt, kun je minder makkelijk ‘revolutionair zijn of onderdeel uitmaken van de Cubaanse jeugd’, is de gedachte van de voorzitter. Crespo, afgestudeerd in Geschiedenis en Marxisme-Leninisme, liet ook doorschemeren van de voorgekookte bijeenkomsten van de UJC op werk of op school af te willen. Crespo riep op een einde te maken aan de mythe dat de bijeenkomsten en discussies tussen militanten verlopen via een tevoren bepaalde agenda. Ook zou er een einde gemaakt moeten worden aan de mythe over de ‘massieve groei van de organisatie’ want ‘dat is niet waar’. Op papier telt de UJC 300.000 jonge leden.

Link
* De website Cafe Fuerte meldt (Spaanstalig) de kritiek van Yuniasky Crespo Baquero

Plaats een reactie