Raúl Rivero; hoe partijkrant Granma het nieuws bracht

De uitgeweken dichter en journalist Raúl Rivero schrijft vandaag op de website Diario de Cuba over de kleinzielige en benauwde wijze waarop de Cubaanse partijkrant Granma de dood van Oswaldo Payá afdeed. In 2003 vond de Zwarte Lente plaats en werden 75 dissidenten waaronder Rivero gevangengenomen. Hij werd beschuldigd van “daden tegen de Cubaanse onafhankelijkheid en poging tot het verdelen van de Cubaanse eenheid”, het schrijven “tegen de regering”, organisatie van “ondermijnende bijeenkomsten” in zijn huis en collaboratie met de Amerikaanse diplomaat James Cason. Rivero werd veroordeeld tot 20 jaar gevangenisstraf. Onder grote internationale druk werd hij in 2004 vrijgelaten en het land uitgezet naar Spanje.

Tekening van Garrincha

De krant van de Partido Comunista de Cuba / Cubaanse Communistische Partij meldde op een binnenpagina ‘het tragische verkeersongeluk’ waarbij ’burger Oswaldo Payá Sardiñas, inwoner van Havana’ om het leven kwam. Geen enkele zin waarin wordt erkend hoe deze 60-jarige politieke leider zich op vreedzame wijze de helft van zijn leven inzette voor de vrijheid en de mensenrechten in zijn land. Geen woord voor de enige inwoner van Cuba, die vijfmaal werd voorgedragen voor de Nobelprijs van de Vrede. Ook was er blijkbaar geen ruimte om aandacht te schenken aan het afscheid, de rouwdienst en de begrafenis van Payá. Zoals er ook geen plaats in de krant was om aandacht te schenken aan het politiegeweld, dat bij de ingang van het kerkhof van Colón plaatsvond. De minachting voor de figuur van deze christendemocratische leider is zo groot dat men de lezers blijkbaar alle informatie onthoudt.’

Omar Santana

En Rivera herinnert aan een oude grap die in Cuba de ronde deed. Als Napoleon zou hebben beschikt over een krant als Granma, zou geen Fransman ooit gehoord hebben over de Slag bij Waterloo en zijn treurig einde op Sint Helena. ‘Maar Granma gaat nog steeds op deze wijze voort. En in Latijns Amerika wonen vandaag de dag nog verschillende kleine Napoleons die dromen van zo’n krant. En er aan werken om er een op te richten.’

Bron
* Diario de Cuba

Noot
Zowel de huidige Cubaanse president Raúl Castro als zijn voorganger Fidel Castro, hebben herhaaldelijk oproepen gedaan aan journalisten en partijmedia zich te vernieuwen, zich kritische op te stellen  en geen onderscheid meer te maken tussen ‘goed en slecht nieuws’. Fidel deed dit in 1986 tijdens een televisietoespraak. Hij zei toen, aldus het dagblad De Waarheid van 18 juli 1986, ‘dat Cuba zijn vuile was in het openbaar moest wassen en dat het afgelopen moest zijn met geheimzinnigheid en mysterieusheid. Hij wees op de rol die de pers vervult als ‘beslissende factor’ bij het corrigeren van fouten en negatieve ontwikkelingen. De pers moet zijns inziens kritisch en dynamisch zijn en net zo min onaangename dingen verzwijgen als jubelen over de positieve. Waarnemers in Havana spreken over een ommezwaai van 180 graden wat de politiek tegenover de pers betreft. Cuba is een van de meest gesloten landen ter wereld waar het om de informatie gaat.’  Een kwarteeuw later staat deze laatste conclusie van het CPN-partijblad nog steeds recht overeind.

De illustraties zijn respectievelijk van Garrincha, Omar Santana en Guamá die als cartoonisten en tekenaars, aandacht schonken aan de dood van Payá. Bij die van Guamá moet toegevoegd worden dat Palla, Palla een cubanismo is voor Vamos para allá / Laten we vooruitgaan.

Geef een reactie

Gelieve met een van deze methodes in te loggen om je reactie te plaatsen:

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s