Cubaanse filmmakers willen af van censuur

Een groep cineasten met de naam G-20 heeft zaterdag jl. een tekst aangenomen waarin steun wordt uitgesproken voor collega-filmmaker en dramaturg Juan Carlos Cremata. In de brief wordt de censuur op zijn werk bekritiseerd evenals de campagne die overheidsinstellingen zoals de officiële kunstenaarsbond Instituto Cubano de Arte e Industrias Cinematográficas (ICAIC), tegen hem voeren.

Juan-Carlos-Cremata-27112015

Juan Carlos Cremata tijdens de bijeenkomst van de groep cineasten G20 zaterdag j.l. Zijn T-shirt draagt het woord Gecensureerd

Aan het einde van de bijeenkomst deed zich een incident voor toen een vertegenwoordiger van de officiële cineastenorganisatie (ICAIC) voorstelde een van de aanwezigen, de dissidente activist Eliécer Ávila*, uit de zaal te verwijderen. De directeur van de filmbond ICAIC, Roberto Smith, en een collega-functionaris Ramón Samad wilden Ávila verwijderen omdat hij ‘een contrarevolutionair’ zou zijn. Verschillende filmmakers bepleitten zijn aanwezigheid omdat de bijeenkomst ‘open voor publiek’ was, maar Samad antwoordde: ‘Ja, maar niet voor contrarevolutionairen.’ Een van de inleiders op de bijeenkomst Enrique Colina, die gesproken had over Censuur en de demonen, zei dat niemand het recht had aanwezigen te verwijderen ‘zeker niet op een moment als dit.’ Smith had eerder een tekst van papier voorgelezen waarin hij beklemtoonde ‘door te gaan met de ICAIC als een plek voor het debat over complexe zaken, maar open en met ruimte voor verschillende criteria.’ De directeur van ICAIC erkende dat ondanks het feit dat wij ‘leven in een zelfde werkelijkheid, onze gezichtspunten verschillend, tegenstrijdig en antagonistisch kunnen zijn.’

film-el-tren

Beeld uit de film El tren de la linea norte

Dood van de documentaire
De discussie werd geleid door Ernesto Daranas, directeur van de wereldwijd geprezen film Conducta en door de schrijver, essayist en regisseur Arturo Arango. Een van de gespreksonderwerpen betrof de crisis waarin de documentairefilm in Cuba zich bevindt. Dean Luis Reyes beschreef de totstandkoming van de documentaire El tren de la línea norte die de verpaupering van de Cubaanse dorpen beschrijft en hij wees erop hoe de productie van deze film werd bemoeilijkt door politieke bemoeienis en ingrijpen van de geheime dienst. ‘Hoewel de betrokkenen met de noodzakelijke vergunningen werkten, werden zij toch lastiggevallen en kregen dreigementen te horen,’ aldus Reyes.

Beneveld triomfalisme
De cineast Jorge Luis Sánchez herinnerde de aanwezigen er aan dat de ICAIC ‘niet langer bestond’ en hekelde het ‘benevelde triomfalisme’ van deze organisatie in de officiële media evenals ‘de voortdurende kortzichtigheid personen te belasten met de inefficiëntie van het systeem.’ Universitair docent en criticus Gustavo Arcos stelde helder vast: ‘Ja, onze films worden gecensureerd en ja, de ICAIC is bij deze censuur betrokken.’ Arcos pleitte voor een discussie, maar dan wel met mensen die betrokken zijn bij censuuractiviteiten. Hij vroeg de autoriteiten uitleg over de vraag waarom de films die worden gecensureerd ‘tegen de revolutie’ zijn. Volgens Arcos zijn filmmakers te geduldig geweest en hij stelde voor een ‘plan B voor harde acties’ op te stellen. logo-icaic-filmFilmmaakster Belkis Vega wees op haar eigen ervaringen met censuur toen zij een film maakte over de militaire bijstand aan Angola en hoe de schrijversbond Unión de Escritores y Artistas de Cuba (UNEAC) had gezwegen over de censuur. Ook kritiseerde zij de gang van zaken tijdens het laatste congres van filmmakers waar de namen van commissiekandidaten voorgesteld door de aanwezigen op het congres,  waren weggehaald en vervangen door andere namen. Ook zei ze geschrokken te zijn geweest over de campagne tegen filmmaker Cremata en wees erop dat er personen op internetfora aan deze campagne meedoen die over feiten beschikken die ‘enkel in handen van de geheime dienst zijn.’ Inleider Colina drong er op aan in de zaak Cremata iets concreets te doen, een verklaring met een protest ‘die wij naar de media sturen’, want ‘Cremata zijn wij allen’.

Bron
* Website 14ymedio, Luz Escobar, Havana, 30 november 2015

Linken

* Enrique Colina, filmmaker en criticus schreef eerder op de website van 14ymedio over De censuur en zijn demonen
* Juan Antonio García Borrero schreef op de weblog Cine Cubano, la pupila insomne over de bijeenkomst zaterdag jl. van filmmakers in het lokaal Fresa y Chocolate in Centrum Havana

* Trailer  (2 minuten) van de gecensureerde film El tren de la linea norte
* Theaterstuk Cremata over stervende koning verboden. Zie deze Cubaweblog van 11 juli 2015
* Facebook Cineastas Cubanas

Noot
eliecer-avila3
* Eliécer Ávila stond in 2008 midden in de belangstelling vanwege zijn in het openbaar gestelde kritische vragen aan de voorzitter van het Cubaans Parlement, Ricardo Alarcón. Eliécer was student aan het Instituut voor Informatica (UCI) in Havana, waar Alarcón op 19 januari bezoek kwam. Alarcón werd door die vragen pijnlijk in verlegenheid gebracht. Dat werd rechtstreeks op het televisiekanaal van UCI uitgezonden en zou later via dvd’s veel Cubanen bereiken. Eliécer, actief in de communistische jeugdorganisatie en de studentenbond aan het UCI, stelde vragen die in Cuba meestal door ‘vijanden van de revolutie’ werden gesteld. Hij sprak over het reisverbod van Cubanen, over de beperkingen van internet en het toenemende verschijnsel dat Cubanen hun dagelijkse producten steeds vaker in CUC’s moesten betalen terwijl zij hun salarissen in nationale peso’s kregen uitbetaald. Nu is hij de leider van de oppositiegroepering Somos +.

Plaats een reactie